Hieronder volgen 2 voorbeelden hoe je de polsbandage kunt wikkelen.
VOORBEELD 1
1. |
Doe de lus van de bandage om je duim. |
2. |
Draai de bandage 2 of 3 keer stevig om je pols en houdt de vingers een klein beetje gespreid en wikkel de bandage enkele keren, niet al te vast zodat je nog een vuist kunt maken. |
3. / 4. |
Wikkel de bandage om je knokkels en onderste vingerkootjes. |
5. / 6. |
Wikkel dan het duimgewricht stevig in. |
7. |
Ga nog 1 of 2 keer kruiselings over je hand. |
8. / 9. |
Vervolgens wikkel je de bandage om je knokkels en pols. |
10. |
Maak de klittenbandstrip vast om de pols |
11. |
Maak een vuist en voel of de bandage prettig (niet te strak) zit. |
VOORBEELD 2
Polsbandage met wikkeling tussen de vingers